Bommenede is een voormalig eiland in de provincie
Zeeland. Het was één van de vier eilanden die later
werden samengevoegd tot Schouwen-Duiveland.
Bommenede is gesticht door monniken van de abdij
Ter Duinen in het begin van de 12e eeuw. De naam
komt in 1165 voor het eerst voor als insula Bomne.
Hoewel het gebied omringd werd door Zeeuwse
eilanden behoorde het tot Holland, aangezien de
Sonnemere, de stroom die het eiland scheidde van
de overige eilanden, werd beschouwd als de grens
tussen Holland en Zeeland. Bommenede wordt in
bronnen wel vermeld als stad, er zijn echter geen
documenten die de stadsrechten bevestigen bekend.
Gezien de strategische ligging op de noordpunt van
Schouwen werd Bommenede in 1574 door de Staatsen
versterkt met een verdedigingswal en (vermoedelijk)
vier bastions. In 1575 werd de vesting na een beleg
van twintig dagen veroverd door Spaanse troepen
onder leiding van Mondragón.
Bommenede heeft in de loop der eeuwen veel
te lijden gehad van het water en na een storm-
vloed op 26 januari 1682 besloten de Staten van
Holland niet langer geld te investeren in het
gebied. De plaats werd in 1684 ontruimd en in
1687 werd Bommenede overgedragen aan
Zeeland.
In 1701 werd een deel van het voormalige eiland
herdijkt. Het deel waar de plaats had gelegen
bleef buiten deze bedijking. Aan de zuidkant van
deze herdijkte polder ontstond het gehucht
Nieuw-Bommenede. Tot 1866 was dit een zelf-
standige gemeente, in dat jaar werd het toege-
voegd aan de gemeente Zonnemaire.
Hier lag Bommenede
Zilveren Avondmaalsbekers
Sinds november 2015 heeft het Stadhuismuseum
twee zilveren avondmaalsbekers in bruikleen
van het museum Walker Art Gallery uit Liverpool.
Ze zijn nu in Zierikzee te zien, omdat ze
afkomstig zijn uit de kerk van Bommenede.
Een aantal voorwerpen is door de kerkvoogden in veiligheid gesteld voordat de kerk verdween. De avond-
maalsbekers zijn hier een voorbeeld van. Bij deze bekers zien we graveerwerk, initialen en tekst. Aan de
bovenrand staat een tekst, die later is toegevoegd. Voor sommigen is dit natuurlijk heiligschennis, maar het
aardige is dat het gedaan is door Willam Hall Walker (1856-?). Dit was de zoon van degene die de Walker
Art Gallery in Liverpool heeft gesticht, de rijke bierbrouwer Sir Andrew Barclay Walker. Deze sportieve
zoon hield zich onder meer intensief bezig met de paardensport. Zowel met het wedrennen als met het fokken
hield hij zich bezig en in de paardenwereld is hij uitgegroeid tot een begrip. In 1919 werd hij tot de adelstand
verheven en heette voortaan Lord Wavertree.
Deze lord hield er de gewoonte op na zijn prijzengeld om te ruilen voor antieke zilveren voorwerpen van
Engelse of buitenlandse makelij. Zo zijn er bekers uit Letland, Noorwegen en Denemarken. En dan de bekers
uit Bommenede. Soms werden de voorwerpen van inscripties voorzien, waaruit de originele prijs bleek.
De Engelse opschriften luiden: 1888 Manchester, The Club Race, won by mr. W.H. Walkers’s St. Helena
ridden by its owner. En op de andere staat: 1888 Manchester, Optional Selling Race, won by
Mr. W. H. Walker’s St. Helena ridden by owner. St. Helena was de naam van een beroemde Galloway pony,
waarmee vele prijzen werden behaald.
De initialen P. B. zijn van Pieter Bolle, die de bekers in Dordrecht had laten maken en ze in 1651 aan de
kerk te Bommenede had geschonken. We zien het anker der hoop vastgemaakt naar boven, met de tekst :
Mijn hoop hangt in den Heemel”. Hoe het de bekers na het veiligstellen door de kerkvoogden verging, is
slechts ten dele bekend. In 1870 zijn ze tentoongesteld in het stadhuis van Middelburg. Die inzending was
van K. Hocke Hogenboom uit Zonnemaire. Veel later duiken de bekers op in de collectie van de Walker Art
Gallery in Liverpool. Ze zijn nog steeds het eigendom van museum.
Bovengenoemde tekst is ter beschikking
gesteld door: