Wapens en werktuigen
In april 1993 werd door R. Rijken uit Middelburg in een hoop schelpen in Yerseke een bijl, gemaakt van
een gewei, gevonden. De bijl is waarschijnlijk tezamen met de mosselen opgevist van een oude woongrond
op de plaats waar nu de geul ‘de Roompot’ in de Oosterschelde ligt. Het artefact blijkt vervaardigd uit een
van de enden van het gaffelvormige gewei van een eland. Enkele haksporen zijn duidelijk zichtbaar.
Een andere geweibijl werd door J. Valster uit Hoek in het westelijk deel van de Oosterschelde ter hoogte van
Colijnsplaat opgedoken. De bijl is gemaakt van een geweistang van een edelhert. Van de steel is alleen in
het steelgat een restant overgebleven. Het is een tak van hulsthout. De snede vertoont snijsporen en krassen.
De eerste bijl (links) zou uit de Brons- of IJzertijd kunnen dateren. De tweede (rechts) uit het Neolithicum
(de Nieuwe Steentijd).
De vindplaatsen
De bijl van Burgh; als vindplaats wordt Haamstede-Brabers genoemd,
maar de vindplaats ligt dichter bij Burgh.
Foto beeldbank SCEZ te Middelburg.
Vuistbijl Serooskerke (Schouwen); particuliere collectie Jan Meulmeester
Bij Brabers zijn ook vuurstenen schrabbers en boortjes een groot aantal
pijlpunten gevonden, waarvan er diverse een dwarse snede hadden in
plaats van een punt. Ze worden daarom ook wel transversaalspitsen
genoemd. Dergelijke pijlpunten veroorzaakten sterk bloedende wonden
bij het aangeschoten wild en waren zeer dodelijk. Het smallere deel werd
met darmen of boombast omwikkeld en soms met houtteer bevestigd op
een houten pijlschacht. Dit is bij meerdere buitenlandse vondsten
aangetoond.
Uit: ‘Jagende boeren bij Haamstede’ door Hans Jongepier.
Uit: ‘Uit de Zeeuwse klei’.
